
Olja Maier: ‘Fysiek stilstaan is voor mij ook stilstaan in mijn hoofd’
Kunstenaars, artiesten en muzikanten zijn vaak markante persoonlijkheden. Met eigen visies en levensstijlen waaruit hun werk ontspruit. Welke filosofie schuilt er achter de artistieke gedaantes? Olja Maier (37) leeft haar hele leven al voor de kunst. Sinds haar vertrek uit Kazachstan is de Harense iedere dag bezig haar werk te maken. Ondertussen werkt ze ook nog als anesthesiemedewerker in het UMCG. ‘Die combinatie werkt perfect. Juist die baan biedt mij de vrijheid het werk te maken wat ik wil.’
De deuren in de woonkamer van Olja staan open en kijken uit over de tuin. Daar bevindt zich het atelier van de kunstenares uit Haren. Niet in het tuinhuis, maar gewoon onder de veranda waar de regen zachtjes op het dakje tikt. ‘Dit bewolkte weer is perfect om bij te werken. Het licht van de zon is vaak te fel.’ Haar grote ezel met een kleurrijk doek staat er opgesteld en haar schilderspullen staan er in manden omheen. Kat Brutus vergezelt haar en kijkt nieuwsgierig naar het werk van zijn baasje. De kunstenares geniet ervan buiten te werken. Ze houdt van de geluiden om zich heen, haar kinderen die op de bank televisie te kijken, haar vriend die binnen aan tafel aan het werk is of de spoorbomen die even verderop dichtgaan. ‘Alleen op een zolderkamertje aan het werk zijn iets niets voor mij. Ik ben opgegroeid met veel mensen om mij heen. Afleiding haalt het beste in mij naar boven.’
Levensstijl
Olja groeide op in Kazachstan op de grens met Mongolië waar haar grootouders als Duitsers na de Tweede Wereldoorlog door Stalin naar gedeporteerd werden. ‘Toen ik tien was, zijn we uiteindelijk “heimgekehrt” (teruggekeerd) naar Duitsland’, zegt ze. Toch woont ze er al sinds haar 21ste niet meer. ‘Op vakantie in Spanje heb ik destijds mijn ex-man ontmoet en ben ik met hem meegegaan naar Nederland.’ Het huwelijk, waaruit twee kinderen werden geboren, liep helaas stuk. Teruggaan naar haar familie in Duitsland was geen optie. Olja: ‘De Nederlandse levensstijl spreekt mij heel erg aan. Ik houd ervan om te fietsen en om lekker buiten te zijn. In Duitsland werd er nogal achter de luiken geleefd; niets voor mij. ‘Toch ben ik regelmatig in Duitsland bij mijn familie. Misschien kan ik er op termijn wel een atelier beginnen’, zegt ze lachend.
Kunstwedstrijd
‘Ik heb eigenlijk altijd geschilderd’, aldus Olja. ‘Maar tijdens mijn jeugd in Kazachstan stond overleven voorop. Als Duitse vluchtelingen waren we niet echt welkom en was er voor creatieve uitingen weinig plaats. Wel wist ik dat ik anders was dan andere mensen die “theoretischer” dachten. Ik was vooral creatief en zag in alles wel wat. Bijvoorbeeld in de wolken.’ De kans om te schilderen kreeg ze pas echt na de terugkeer naar Duitsland. ‘Daar deed ik ieder jaar mee aan de kunstwedstrijden voor scholieren van de Raiffeisen Bank. Gek genoeg won ik ieder jaar de eerste prijs. Daarop bedacht ik dat ik iets met die kunst moest gaan doen’, vertelt ze. ‘Het was blijkbaar talent dat ik had.’
Die creativiteit was aanleiding voor de studie Vormgeving & Design die ze na het afronden van de middelbare school volgde. Toch wilde ze daar niet verder mee. ‘Als het een beroep wordt, sla ik dicht en kan ik mij niet optimaal creatief uiten.’ Daarop besloot ze een studie verpleegkunde te starten, en bleef ondertussen schilderen. ‘Als ik zin had deed ik het, en als ik geen zin had niet. Daardoor bleef ik steeds creatief. Omdat ik het alleen maar deed omdat ik er echt zin in had. Zonder dat ik de druk voelde mijn brood ermee te moeten verdienen.’
Doorbraak
Eenmaal in Nederland besloot Olja verder te studeren. Na een managementopleiding en een korte carrière in die hoek, bleef de zorgsector haar trekken. Terwijl ze een scheiding en verhuizing doormaakte, startte ze een studie als anesthesieassistent. Een gekkenhuis. ‘Toch maakte ik juist in die tijd mijn beste en mooiste schilderijen en verkocht ik veel werk. Op dat moment zat mijn hoofd zo vol emoties, dat ik heel erg de drang voelde mij creatief te moeten uiten’, verklaart ze. In die tijd was ik overdag aan het werk, ’s avonds aan het studeren en ’s nachts stond ik te schilderen.’ Het was ook in die tijd dat Olja bij het grote publiek bekendheid verwierf tijdens een kunstmarkt in Haren. ‘Zeker na een interview in Entrepreneur ging het hard en maakte ik naam. Toch was het schilderen in die tijd iets dat ik er echt “bij” deed. Pas na het afronden van mijn studie ben ik mij echt op schilderen gaan storten. En zeker de laatste tijd heb ik er meer tijd voor. Sinds kort heb ik op maandag een schilderdag ingelast en heb ik deze zomer ook een website laten bouwen. Toch zou Olja niet alleen maar willen schilderen. ‘Mijn regelmatige werk naast de kunst biedt mij de vrijheid het werk te maken dat ik wil. De combinatie werkt perfect.’
Inspiratie
Olja begint haar dagen vroeg. ‘De wekker gaat om 5.30 uur. Mijn werk in het UMCG begint vroeg, daarmee heb ik als voordeel dat ik ook weer redelijk vroeg klaar ben. Dan zorg ik voor de kinderen, doe ik boodschappen of draai ik een wasje. Als de kinderen bij hun vader zijn, ga ik schilderen, ben ik met klantcontacten of ik ga lekker sporten, want ik houd ervan buiten te zijn. Dat is, denk ik, iets wat ik heb opgepikt in mijn jeugd in Kazachstan. Wij waren meer buiten dan binnen. Zelfs bij min veertig’, zegt ze lachend. Buiten zijn en bewegen (wandelen, hardlopen of fietsen) is voor Olja een manier waarop ze inspiratie opdoet voor haar schilderijen. ‘Als ik beweeg heb ik het idee dat ik creatiever ben, dat ik meer ideeën krijg en oplossingen kan bedenken. Fysiek stilstaan is voor mij ook stilstaan in mijn hoofd.’
Olja maakt grote, vaak kleurrijke doeken die soms figuratief en soms abstract zijn. ‘Eigenlijk weet ik van tevoren nooit wat ik op het doek zet. Een schets maak ik dan ook nooit. Nadeel van die werkwijze in mijn werk is dat de proporties niet altijd kloppen, maar dat neem ik voor lief. Het werk ontstaat vanzelf.’ Met kwasten werkt ze zelden. Met een paletmes brengt ze de acrylverf in dikke klodders aan en werkt ze aan het doek totdat ze tevreden is met compositie. Hoewel het vooraf misschien niet duidelijk is wat het doek wordt, doet ze toch onbewust Inspiratie op voor het werk. Vooral in de dingen om mij heen. Soms maak ik een notitie in mijn agenda of telefoon.’ Een naam geeft ze nooit aan een schilderij. ‘Het proces van het maken is van mij, wat er daarna gebeurt, is aan de kijker.’
Sinds haar carrière in een stroomversnelling is gekomen en haar werk onder andere te koop is bij Art & Lef in het Groninger Woonforum, krijgt ze af en toe een opdracht. ‘Zo heb ik jaren geleden jazz als thema gebruikt met piano’s en saxofoons. Ook maakt ze doeken in opdracht voor mensen die op zoek zijn naar kleur in hun interieur. Toch houdt ze altijd wel haar eigen stijl aan. ‘Ik laat mensen dan foto’s opsturen, zodat ik een beeld krijg van het huis en de meubels, maar dan bepaal zelf ik zelf alsnog hoe het schilderij eruit komt te zien en welke kleuren ik gebruik. Die vrijheid eigen ik mezelf toe.’
Internationale carrière
Ondanks dat Olja druk is met haar werk in het ziekenhuis, speelt haar kunst de laatste tijd een belangrijkere rol. ‘Bijna vijf jaar ben ik nu echt actief als schilder, maar ik zie het nu nog als de start. Wel kom ik in steeds meer exposities terecht. Dat levert al meer internationale bekendheid op. Mensen uit onder andere Rusland en Amerika hebben mijn werk al weten te vinden.’ En die internationale bekendheid heeft haar geen windeieren gelegd.
Het hele jaar door exposeert ze haar werk op verschillende plekken in Europa. ‘Zo zijn we deze zomer onder meer in Keulen geweest en is mijn werk komende november in Luxemburg te zien.’ Die maand staat ze eveneens op de Affordable Art Fair (AAF) in Amsterdam. ‘Ook ben ik benaderd om een bijdrage te leveren aan een kunstbeurs in Bologna (Italië) die november-december op de planning staat. Ik denk dat mijn bekendheid alleen maar groeit. Misschien dat ik dan mijn plan ook moet bijstellen en er toch meer tijd voor vrijmaken. Naast het werk dat Olja zelf aan die ontwikkeling besteedt, helpt haar partner haar geregeld. ‘Niet alleen schrijft hij mooie teksten en helpt hij mij met inrichten van exposities, maar wat vooral heel belangrijk is: hij geeft mij eerlijke kritiek waardoor ik kan groeien als kunstenaar.’
Tekst: Walter de Boer I Fotografie: Erik Vos