Joyce Eijkhout: ‘Met old school techno kom ik in de flow’

Kunstenaars, artiesten en muzikanten zijn markante persoonlijkheden. Met eigen visies en levensstijlen waaruit hun werk ontspruit. Welke filosofie schuilt achter welke artistieke gedaante? Kunstenares Joyce Eijkhout toont graag meerdere kanten van de mens in één schilderij. Ze speelt in op maatschappelijke thema’s en kreeg landelijke bekendheid na haar deelname aan het tv-programma “Sterren op het Doek” waarbij ze schrijver Jan Siebelink portretteerde. 

Tekst: Walter de Boer / Fotografie: Simon van der Woude

Diep verscholen in het Friese land werkt de van oorsprong Groningse kunstenares Joyce Eijkhout (1968) iedere dag aan haar schilderijen. Als het interview plaatsvindt, is ze net een dag terug uit Amsterdam waar ze een van de deelnemers van de jaarlijkse realismebeurs was. ‘Een geslaagd evenement dat de nodige interesse heeft opgeleverd’, vertelt ze. Nu is ze weer terug om verder te werken aan een nieuwe serie schilderen waarbij “situaties aan de keukentafel” het uitgangspunt vormde. Al werkende bleek dit thema veel te beperkt. Eijkhout kreeg zin om juist de beweging uit die keuken richting andere locaties te schilderen. Hierdoor ontstonden doeken waarop meiden zich klaar maken voor de nacht. ‘Het gaat over losbreken, verleiding, verlangen, lust, seks en erotiek. De maatschappij gaat al een hele tijd over instant geluk, vind ik. Op een van mijn schilderijen: “White Lady” zijn meisjes te zien die aan de coke zijn, ook een vorm van korte geluksbeleving. Door gebruik van coke krijgt je alter-ego een boost. En die komt dan vooral naar voren. Je bent “queen for one night”, maar verder stelt het niets voor. De gelaagdheid en de kwetsbaarheid van het zijn wil ik graag laten zien.’

Rood stoeltje

Eijkhouts huis is een aaneenschakeling van verzamelde sculpturen en allerhande snuisterijen. Wie helemaal naar achter gaat en het trapje afloopt komt in de werkruimte terecht. Haar atelier is de oude houtopslag van een karakteristieke dijkwoning in Oude Bildtzijl. Een dorpje vlakbij de Waddenzee. Bij de witte deur van het atelier staat een rood stoeltje. ‘Sinds ik schilder gebruik ik het meubel. Het komt terug in verschillende werken en bovendien poseren mijn modellen erop. In veel gevallen is dat mijn 20-jarige dochter Nina. Het stoeltje is multifunctioneel. Het heeft een soort dansende, gekromde poten. Heel grappig.’

De werkdagen van Eijkhout beginnen steevast om negen uur ‘s ochtends. Ze legt uit: ‘Mijn dag begint altijd met sporten. Mijn werk is vrij fysiek. Zeker als ik met grote doeken werk. Om een schilderarm (soort tennisarm) en andere blessures te voorkomen, begin ik de dag actief. Soms ga ik hardlopen of met gewichten aan de gang. Als ik de dag op die manier begin, houd ik het langer vol.’ Rond tien uur gaat ze aan de slag en zet ze “old school” techno-muziek op. ‘Die muziek zorgt ervoor dat ik mijn gedachten bij mijn werk houd. Dan heb ik de complete focus op mijn werk. Dat maakt dat het werk zichzelf “vertelt”. Vooral als ik met het uitwerken van een doek aan de gang ga is dat belangrijk. De compositie van een schilderij kun je helemaal van te voren bedenken, maar je kunt het ook laten ontstaan. Ik werk met meerdere meiden op één doek terwijl ik daar maar één model voor heb. Ik ensceneer dus die hele situatie al schetsend en schilderend. Ik zet eerst een figuur op het doek. Die bepaalt het formaat van alle andere figuren, de centrering en nog belangrijker de vlakverdeling en compositie op het doek. Als de schets bijna af is, haal ik het model er soms weer bij en kijk ik of de verhoudingen kloppen. Daarna begint het daadwerkelijke schilderen.’

Eijkhout werkt meestal tot zeven uur ’s avonds alvorens ze aan tafel gaat. ‘Mijn man kookt vaak dus kan ik net als de kinderen aanschuiven. Daarna werk ik soms weer door.’ Een lange werkdag. ‘Maar als ik in een flow zit gaat het vanzelf en wil ik het liefst zo lang mogelijk doorwerken tot het doek af is. Maar wanneer is een schilderij af? Eijkhout: ‘Als ik echt niets meer toe kan voegen. Dat vertelt het beeld je. Soms moet ik dingen skippen en er weer af halen. Zo stonden op het schilderij “Yo Bitches” nog nagelpotjes op de tafel. De nagelkwastjes staan nog wel op het schilderij maar de potjes heb ik weggehaald. Ik vond dat daar de aandacht teveel naar toe werd getrokken. Het leidde teveel af. De focus moest bij de vrouwen liggen en de skyline die op de achtergrond te zien is.’

Yo Bitches 2015

Straaljagerpiloot

De kunstenares groeide op in Groningen en wilde als kind graag straaljagerpiloot worden. Knap lastig als je ouders provo’s zijn. ‘Ik was weg van actie en avontuur en we woonden vlakbij de vliegbasis.’ Ook was ze geboeid door mode en kwam ze als kind veel bij de kunstvrienden van haar ouders over de vloer. De komst van een bril maakte een definitieve keuze. Na de middelbare school vertrok ze naar Arnhem om daar aan de modeacademie te gaan studeren en mode-illustratrice te worden. Dat liep anders. ‘De sfeer op school beviel mij helemaal niet goed. Ieder project moest je beschermen omdat je ideeën werden gepikt en anderen met de veren pronkten. Een van de docenten die mij daar zag mij tekenen raadde mij aan naar de kunstacademie te gaan. Achteraf een geweldig idee.’ Zo schreef Eijkhout zich in op academie Minerva in Groningen. Ze kreeg les van docenten als Gouke Notebomer, Jan Kuipers en Johan van Oord. Les van Matthijs Röling en Wout Moller wilde ze niet. ‘Ik merkte dat veel leerlingen op dezelfde manier gingen werken al zij. Ik wilde juist mijn eigen identiteit ontdekken en ontwikkelen.’ Om zoveel mogelijk te kunnen leren volgde ze zowel overdag als ’s avonds lessen. Vooral de lessen in de avond waren favoriet. Eijkhout: ‘Daar kon je zelf je gang gaan. Pierewaaien en experimenteren en heel hard werken. Heerlijk.’

In 1997 studeerde ze met figuratieve schilderijen cum laude af aan Minerva. ‘Veel kunstgaleries waren op dat moment al meteen geïnteresseerd in mijn examenwerk dus ik heb meteen een vliegende start gemaakt als zelfstandig kunstenaar.’ De eerste jaren van haar carrière werkte ze non-stop aan haar schilderijen. Ze was aangesloten bij meerdere galeries in het land. Onder andere bij Vieleers in Amsterdam. Een ongeluk zorgde voor vertraging in haar carrière. ‘Ik heb jaren op schepen gewoond. Door de val met een anker van 150 kilo ben ik bijna twee jaar uit de roulatie geweest. ‘Het anker trok me totaal onverwachts naar de kolkende diepte en als door een wonder heb ik vlak boven het water een salto kunnen maken om vervolgens met een smak op de wallekant te belanden. Ik stond op, zette mijn neus recht, trok mijn blouse naar beneden, veegde de klei van mijn kop en ging boodschappen doen. Ik weet niet waarom, maar dit was het moment waarop het stil werd in mij, zo stil… Er was geen introspectie, geen echo, alles was stil. Ik kon de waterdruppels horen vallen en besloot een tijd te stoppen met schilderen en mijn arm te laten genezen.’ Het duurde twee jaar voordat ze weer de oude was en het verlangen en de behoefte had om te gaan schilderen. In 2006 sloot Galerie Vieleers haar deuren en kwam ze terecht bij Smelik&Stokking in Den Haag, Museum van Lien in Fijnaart en Ann’s Art in Groningen.

Mens als uitgangspunt

 Schilderen is voor Eijkhout componeren met elementen waarin heden en verleden in de eeuwigheid verdwijnen. ‘Muziek neemt me mee op reis tijdens het schilderen, voert me mee langs alle beelden, de impressies van herinneringen die zijn achterbleven van gebeurtenissen, vragen en reflecties. Elk schilderij is een poging om ergens achter te komen, een onderhuidse inspectie, een ontleding van een geheim misschien wel, een poging tot iets wezenlijks te komen. Vaak is de mens het uitgangspunt in haar schilderijen. Er zijn altijd één of meerdere figuren te zien op haar doeken. Tweelingen lijken het vaak wel. En dat is niet zonder reden. ‘Ik voel me de helft van een tweeling, ik ben altijd bezig met mijn andere helft, mijn andere ik en mijn alter-ego. Maar bovenal onderzoek ik alle aspecten van “hetzelf”, daar waar alle verschillende emoties en gedachten, de tegenstellingen of eensgezindheid, de storm en stilte, structuur en chaos, licht en donker elkaar ontmoeten.’ Voor haar “Oedipus”-serie was ze bezig met de ontleding van het zelf om zich te ontwikkelen tot een autonoom persoon. ‘Daarvoor analyseerde ik het ego. Wie ben ik, wat is ego of alter ego en wat is de invloed van je genen en je omgeving?’ Ook maatschappelijke vragen kwamen aan de orde in haar werk. Zo maakte ze het werk “Piglet, o Piglet”, naar aanleiding van de varkenspest en “Having Holiday” na de Tsunami in 2004.

De werken rond 2006 t/m 2011 gingen over het HyvenTwitteren van haar toen puberende dochter. Aanleiding van de werken was een droom over haar overleden vader. Hij verscheen in een droom boven op een berg, zittend aan het grote bureau van zijn vader met een grote bakelieten kantoortelefoon naast zich, druk typend op een ouder underwood typmachine. ‘Ik stond beneden aan de voet van de berg en keek omhoog. Ik was zo blij hem te zien, hij maakte het goed. Mijn aandacht werd getrokken door een ratelend geluid. Naast me bleek een prikbord te staan met daarop allerlei vastgeprikte briefjes, wapperend in de wind. Het leek op zo’n bord wat we kennen van de zoektocht van mensen naar hun dierbaren. Mijn vader had een briefje voor me achter gelaten, waarop ik nog net kon lezen voor de wind het greep en meenam, dat we konden bellen. Maar het nummer verdween aan de horizon. Mijn dochter zat op dat moment in haar Twitter en Hyves-periode en dat viel prachtig samen met mijn droom.’

Aanspoelen in de keuken

Eijkhout is constant bezig met nieuwe werken. De serie over de “situaties aan de keukentafel” krijgt binnenkort een vervolg. ‘Voor het volgende schilderij in de serie was het uitgangspunt “Het vlot van Medusa”. In dat werk spoelen er in vrouwen aan in de keuken. Een vervolg op het schilderij “White Lady”. De vrouwen zijn door de drek besmeurd en ladderzat van de nacht.’ Hoewel het uitgangspunt het “Het vlot van Medusa” was, wil de kunstenares het wat minder dramatisch maken. ‘Anders wordt zo de link gelegd met de bootvluchtelingen van nu. Ik haal het wel aan maar dan subtieler.’ Of het laatste schilderij in de serie is, weet ze nog niet. ‘Ik probeer altijd een betere versie te maken en nog meer tot de essentie te komen. In ieder schilderij kan de voorstelling treffender of raker. Pas als er niets meer over te zeggen valt, is een serie klaar.’

 

Jan Siebelink 2009

Sterren op het Doek

In 2009 deed Eijkhout mee aan “Sterren op het Doek”. In de uitzending waaraan ook haar zwager Paul Boswijk meedeed, werd haar gevraagd een portret te maken van de Nederlandse schrijver Jan Siebelink. De schrijver nam het werk van Boswijk mee naar huis. Het schilderij van Eijkhout werd verkocht en het leverde haar een leuk contact op met de schrijver en zijn vrouw. Daarnaast werd het schilderij opgenomen in het Schrijversprentenboek, “Jan Siebelink, het wonder dat mij is geschied” dat werd uitgegeven bij de grote overzichtstentoonstelling in het Letterkundig Museum in Den Haag ter gelegenheid van de 75ste verjaardag van Siebelink.

%d bloggers liken dit: